kirschner-ED

Kinderen voor Kinderen?

Kinderen zijn net mensen! Ze kunnen elkaar lesgeven en daardoor leraren ontlasten. Maar er blijkt een groot nadeel aan te kleven, namelijk: Kinderen geven leeftijdsgenoten die zij als ‘dom’ zien minder kansen

Vooraf: Ik hoop dat dit geen reeks wordt, maar om de een of andere reden schrijf ik weer over hoe wij het lerarentekort kunnen opvangen. Naast de vierdaagse schoolweek, die ik in mijn vorige blog ontleedde als een slecht idee, wordt ook ‘peer teaching’ vaak genoemd als mogelijke oplossing. Hierbij geeft de ene leerling ‘les’ aan de andere. In het verleden is er veel onderzoek naar gedaan naar de effecten – meestal voordelen – daarvan. Meta-analyses laten vaak zien dat leerlingen gemiddeld even veel leren van peer teaching als van een leraar en dat dit zowel geldt voor de lesgever tutor (degene die lesgeeft) als de tutee (degene die les krijgt).

Onlangs bestudeerde ontwikkelingspsycholoog Jellie Sierksma (Universiteit Utrecht) peer teaching vanuit een andere hoek. Ze vroeg zich af of kinderen (competentie)ongelijkheid in stand houden wanneer ze medeleerlingen helpen. Immers, we weten hoe dit bij leraren werkt: hoe zij leerlingen zien en wat ze van hen verwachten, beïnvloedt de eisen die ze stellen, hoe ze lesgeven en de resultaten van leerlingen. Sierksma wilde nagaan of kinderen hun leeftijdsgenoten als competent of incompetent zien en zo ja, of zij dan die groepen anders zouden benaderen bij peer teaching. Zij stelt: ”Aangezien niet alle hulp even nuttig is en het bieden van hulp ook negatieve gevolgen kan hebben, is het cruciaal om beter te begrijpen hoe kinderen andere kinderen helpen.’ In drie netjes vooraf geregistreerde studies ging Sierksma na of kinderen ongelijkheid in stand houden door in hun ogen ‘incompetente’ leeftijdsgenoten minder kansen te bieden om te oefenen dan ‘competentere’ kinderen.

Abstract
Uitwisseling van hulp tussen kinderen komt vaak voor en heeft vaak positieve gevolgen. Maar niet alle hulp is even nuttig, bijvoorbeeld omdat sommige hulp geen mogelijkheid biedt om vaardigheden te oefenen en te ontwikkelen. Hier onderzoek ik of jonge kinderen competentiegerelateerde ongelijkheid in stand kunnen houden door incompetente leeftijdsgenoten minder kans te geven om hun vaardigheden te oefenen en te verbeteren in vergelijking met competente leeftijdsgenoten. Studie 1 (N=253, 6-9 jaar) toont aan dat jonge kinderen begrijpen dat niet alle hulp even gunstig is: kinderen denken dat leeftijdsgenoten die hulp krijgen bij empowerment (hints) versus niet-empowerment (juiste antwoorden) meer kunnen leren. Studie 2 (N=80) en 3 (N=41) beoordeelden vervolgens het daadwerkelijke helpgedrag van kinderen (7-9 jaar) in een laboratoriumexperiment. Door middel van een coverstory maakten de deelnemers kennis met twee onbekende kinderen van dezelfde leeftijd van wie ze later hoorden dat ze goed of niet goed waren in het oplossen van puzzels (studie 2) of wiskunde (studie 3). Vervolgens mochten de deelnemers hen beiden helpen met een puzzelquiz (Studie 2) of een wiskundequiz (Studie 3) door empowerment of niet-empowerment te geven wanneer ze om hulp vroegen. In beide onderzoeken hadden kinderen meer kans om empowerment-hulp te bieden aan competente leeftijdsgenoten en niet-empowerment-hulp aan incompetente leeftijdsgenoten. Dit werk suggereert dat wanneer jonge kinderen verschillen in competentie waarnemen (bijvoorbeeld op basis van stereotypen), ze bijdragen aan het handhaven van de status-quo door de meest kwetsbare studenten, die het meest zouden profiteren van het verbeteren van hun vaardigheden, minder kans te geven om dit te doen.

npj Science of Learning (2023) 8:41 ; https://doi.org/10.1038/s41539-023-00192-9

Uit haar eerste studie, met 253 kinderen van 6-9 jaar, bleek dat jonge kinderen begrijpen dat niet alle hulp even gunstig is. Zij kregen tekenfilmpjes te zien over groepen kinderen die aan een taak werkten, zoals een woordspelletje of een puzzel, waarbij de ene groep als hulp hints kregen en de andere groep juiste antwoorden. Op de vraag welke groep slimmer was of meer zou leren, bleken de kinderen te snappen dat leeftijdsgenoten die hints kregen (Sierksma noemt dit empowerment oftewel de kinderen in hun kracht zetten) meer kunnen leren dan kinderen die de juiste antwoorden krijgen (niet-empowerment). Verder, met uitzondering van de allerjongsten, dachten ze dat de kinderen die hints kregen, slimmer waren.

In haar tweede en derde studie (80 en 41 kinderen van 7-9 jaar) keek Sierksma naar hoe kinderen zelf leeftijdsgenoten helpen. Geven ze ‘slimme’ leeftijdsgenoten andere hulp dan ‘minder slimme’ of ‘domme’ leerlingen?. De kinderen kregen een verhaal te horen over twee onbekende kinderen van dezelfde leeftijd van wie ze later hoorden dat ze goed of niet goed waren in het oplossen van puzzels (studie 2) of in wiskunde (studie 3). Vervolgens mochten de kinderen hen helpen met een quiz  door hints te geven of de juiste antwoorden. In beide onderzoeken was de kans op hints groter bij slimmere leeftijdsgenoten en op de juiste antwoorden bij minder slimme leeftijdsgenoten.

Dit onderzoek levert volgens mij drie belangrijke inzichten op. Ten eerste, suggereert het onderzoek dat kinderen de competentie van hun leeftijdsgenoten beoordelen. Verder begrijpen ze dat niet alle hulp even nuttig is. En ten slotte, dat wanneer kinderen verschillen in competentie menen te zien, dit kan bijdragen aan het handhaven van de status-quo. Want ze geven de meest kwetsbare leerlingen, die het meest zouden profiteren van empowerment, volgens Sierksma minder leerkansen. Ze leggen de lat lager en kiezen ervoor om het juiste antwoord te geven in plaats van hen met hints zelf te helpen denken!

Wanneer leraren peer-to-peer lesgeven toepassen, gaan ze er vaak van uit dat leren van lesgeven bijzonder krachtig is wanneer kinderen met een lagere competentie werken met kinderen met een hogere competentie

Sierksma, J. (2023). Children perpetuate competence-based inequality when they help peers. Npj Science of Learning, 8(1), 1-11. https://doi.org/10.1038/s41539-023-00192-9.

Facebook
Twitter
LinkedIn
Email
WhatsApp